header_gerard_b.jpg


Bemoediging en Drempelgebed
‘Onze hulp is in de naam van de Heer – die hemel en aarde gemaakt heeft’. Dat zeggen wij elkaar in beurtspraak toe. Wij doen een beroep op Gods trouw met woorden uit Psalm 124. God wil scheppend bij ons zijn met zijn hulp en zijn trouw. Men noemde het wel eens ’votum’, maar als het dan toch Latijn moet zijn is het: adjutorium’ en dat betekent: Bemoediging. En zo wil het klinken, eventueel uitgebreid met Psalm 146: 6 of 138: 8. De Bemoediging gaat over op het drempelgebed.
Op de drempel van wereld en kerk staan wij. Wij komen binnen, al of niet gehaast. Wij mogen er zijn met alles van de afgelopen week nog in onze gedachten, in onze harten. In ons drempelgebed, ook wel gebed van Toenadering genoemd, zoeken wij naar woorden voor Gods aangezicht. Het is het eerste gebed met en door de gehele gemeente in de dienst. Hoe zijn wij hier aanwezig in het licht van de Eeuwige, die ons zijn Nabijheid heeft aangezegd. Het gebed opent ons voor het besef dat wij naderen in het licht van Gods aanwezigheid. Als leden van de gemeente van de Heer naderen wij ook elkaar. Wij brengen onder woorden wat ons bezighoudt, hoe de wereld er uitziet waarin wij leven en wie wij daarin zelf zijn. Woorden van: vreugde, schroom, verzoening, vergeving en vernieuwd leven. Het gebed kan de vorm hebben van een beurtspraak. Enkele voorbeelden:
Voorganger: O God, keer U om naar ons toe
ALLEN: EN DOE ONS WEER LEVEN MET HART EN ZIEL
Voorganger: Laat ons, o Heer, uw liefde zien
ALLEN: EN GEEF ONS UW HEIL
En
Voorganger: God, onze Vader,
nu wij hier zijn samengekomen
bij U en bij elkaar,
moeten wij U zeggen
dat wij soms ver weg zijn
van U en van elkaar.
... gebedsstilte
Wij vragen U:
ALLEN: NEEM ONS BIJ DE HAND
EN HELP ONS,
DAT WE SAMEN VERDER GAAN
OP UW WEG.
AMEN.